![]() |
Kim Wall (1987 - 2017) |
Stubborn men wake up with nothing. They justify their self without any meaning. Just out of custom. Spooky in fact. Soms moet ik me uitdrukken in het Engels. Er leeft een Brit in me, ‘k heb iets Brits. So no sorry indeed! In front of a mirror – insight - I say to my self: even when a strange face or my Double is glooming me: be true to your self…
Weer terug naar het Nederlands voor zo lang dat duurt. Enerzijds zij daar het fenomeen van wat je levenscorrectie kunt noemen en anderzijds, daaraan verbonden, het is maar waarop je van daaruit wilt wijzen, bestaat er een levenshouding die zich kenmerkt door een zekere mate van ondeugd en narrige plaagzucht. Menigeen steekt de draak met iets. En kennen we dat niet reeds vanaf onze jeugdjaren, plagen of geplaagd worden? Plagen lijkt vrij onschuldig en kan functioneel zijn. Sweet or bitter irony can bring some relief and can stimulate someone to live and think with a little more courage. Prikkelen om een rug te rechten en ogen te openen. To tease.
Maar er zijn gradaties en grenzen. Het kan ziekelijke en destructieve vormen aannemen. Sneller dan je denkt. Plagen is dan een ‘ware plaag’ geworden. Niet voor niets heeft het woord plaag de volgende etymologische wortels, van Dale:
Plaag [onheil]:
plage [wond, onheil, kwelling]
1201-1250, Middelnederlands: plage;
Oud Hoogduits: plaga;
Latijns: [slag, klap, wond, pest];
Grieks: plègè [slag, houw, nederlaag];
Engels: plague.
In het Nederlands gebruik je in zo’n geval dan meestal niet meer het werkwoord plagen, maar verlegd het woordgebruik zich naar ‘pesten’, ‘kwellen’ of zelfs ‘martelen’. Aanvankelijk ongemerkt is er dan iets agressiefs en sadistisch in een handelwijze geslopen. Impliciet stelde ik het onderwerp sadisme aan de orde in deel 1, 2, 3 en 4 van mijn meerluik Filosofie, wetenschap en antroposofie. Vandaag zal dat explicieter zijn. Wederom, zoals aangekondigd in deel 4 van het meerluik, mede aan de hand van ideeën en noties van filosofe Marjan Slob, opgetekend in haar essay Vrij van je natuur – Markies de Sade, één van 19 essays gebundeld in het boek Hersenbeest (Uitgeverij Lemniscaat b.v., Rotterdam 2016/17).
![]() |
Peter Madsen en Kim Wall |
En nu laat ik Marjan Slob weer aan het woord. En wel bij het punt dat zij in haar essay de levenswandel en fantasieën van Markies de Sade (1740 - 1814) opvoert en bespreekt. De Sade daarmee als duistere schaduw van Immanuel Kant (1724 - 1804), die illustere filosoof met zijn 'bekende' categorische imperatief. Hieronder volgen enkele fragmenten uit de paragraaf De duistere dubbelganger. Het eerste tekstfragment hieronder sluit in het essay direct aan bij het laatst weergegeven tekstfragment dat in Filosofie, wetenschap en antroposofie – Deel 4 (Cahier, 29 september 2017) staat weergegeven.
Uit: Hersenbeest; Vrij van je natuur – Markies de Sade; bladzijde 107; Marjan Slob:
De duistere dubbelganger
“ […] Nou, ik dacht het niet!' zegt een pesterige stem. 'Ik kan lekker expres het kwade doen!' Het is Markies de Sade, alias Kants duistere dubbelganger, of als dat te veel eer is, dan toch in ieder geval zijn 'compromitterende neef' (een frase van Safranski). […] “
‘Lekker expres het kwade doen’. Niet uit een gebrekkig inzicht in je ware situatie; niet als een defect, een falen. Binnen die context karakteriseert Slob De Sade aldus in een notendop.
Uit: Hersenbeest; Vrij van je natuur – Markies de Sade; bladzijde 108 en 109; Marjan Slob:
“ […] De Sade is als een uitdagende, opstandige puber die radicaal voor zichzelf wil denken. Hoor de deuren slaan: ‘Waarom zou je altijd moeten handelen naar je welbegrepen eigenbelang, mijnheer Im-ma-nu-el Kant? Een vrij mens zou vanzelf het goede doen? Nou, hier ben ik, en ik voel juist lust om mezelf en anderen te kwellen! Kijk naar mij: niet iedereen die het kwade doet is dom, gek of irrationeel. […] “
Tja... Ruim twee eeuwen later is een menselijke hang naar het kwade of anders geformuleerd een aantrekkingskracht van het kwade op mensen, of wat je kwaad zou kunnen noemen, onverbloemd aan het oppervlak gekomen. Nu ja, onverbloemd… Nog altijd handelen veel mensen op de tast van verborgen drijfveren en versluierde levensmotieven. Het goed en het kwaad als vraagstuk op zich, ethiek, wat maakt iets goed en wat maakt iets kwaad, slecht, intrinsiek slecht. Een notie van wat goed en wat kwaad is, is er vaak wel, dat weten mensen vaak wel, vroeg of laat, ook op dat vlak heb je immers vroeg- en laatbloeiers, maar kennis over wat er eigenlijk precies met dat goed en kwaad is verbonden en wat mensen tot goed of kwaad handelen drijft, dat is velen vaak veel minder bekend. Vragen als (1) wat maakt dat ik dit goede wil en (2) wat maakt dat ik dit kwade wil monden vaak uit in een lege cirkelredenering en slaafs navolgen van het één of krachteloos resigneren voor het andere. Als het ware met het motto: de vraag stellen, is de vraag beantwoorden. Zulks leidt slechts tot formele antwoorden. Nu wil ik dit omdat ik dit wel wil en dat (andere) wil ik niet, omdat ik dat andere niet of (nu) minder sterk wil! En ik wil dit niet omdat ik dit niet of (nu) minder sterk wil, en dat wil ik wel omdat ik dat (andere) wel of (nu) meer wil!
Zijn dat bij beraad echte antwoorden en werkelijke morele impulsen? Nee op zich niet. Nu ja, dat wil zeggen: in ieder geval niet intrinsiek ethische; in feite is het gehalte van dat soort antwoorden en verklaringen en daaruit voortvloeiend gedrag procesmatig bezien eigenlijk voor een deel amoreel van aard, omdat daarmee louter momentele en repeterende impulsen worden beschreven en gevolgd. Beurtelings wordt dan of het één of het ander uitgeleefd. Per saldo kan dat nog wel fatsoenlijk en betamelijk of aanvaardbaar gedrag opleveren voor de leefomgeving. Voor hoe lang hangt echter af van wat iemand heeft meegemaakt en hoe iemand is geconditioneerd en opgevoed en onder welke condities zulke gedragspatronen kunnen blijven doorwerken en van toepassing zijn en blijven in een (leef)wereld die nu eenmaal verandert. Hier gaat het over houdbaarheid; een houdbaarheidsdatum van zedelijk gedrag van gevormde en min of meer welopgevoede en van min of meer gemankeerde mensen en daarover uitgestreken culturele vernislagen.
Bewust het kwade willen, is dat mogelijk? Jazeker. Het is dagelijkse praktijk. Maar ook hier doet zich de vraag voor, waardoor een mens daartoe komt, wat hem daartoe doet besluiten. Enkel puberale opstandigheid, waarin hij eventueel blijft steken? Of is daar iets anders aan de hand? Wat maakt dat een mens iets verkiest, óf het één óf het andere verkiest? Motief tot handelen. Daar treedt het vraagstuk van vrijheid, menselijke vrijheid in beeld. Wat wil ik, niet zozeer waartoe noopt mijn berekenende of beschrijvende of opgejaagde verstand of onverstand, maar wat wil ik met welke beweegredenen? En wat zal ik verkiezen uit wat ik me bewust ben en ik me bewust maak en wat ik zelf stel en daarmee zelf schep?
Een bladzijde verder in haar essay gaat Slob nog een stap verder:
Uit: Hersenbeest; Vrij van je natuur – Markies de Sade; bladzijde 110; Marjan Slob:
“ […] De uitdaging van De Sade staat nog steeds. Waarom zou het inzetten van je verstand om het kwade te bereiken ‘eigenlijk’, ‘goed beschouwd’, het tekortschieten van dat verstand moeten zijn? Die redenering neigt net iets te veel naar een slaapliedje waarmee wij kinderen van de Verlichting onze bange vermoedens sussen. Het verstand moet wel het goede willen, want met het kwade dat geen gebrek of vergissing is, weten we niet te leven. […] “
Schiet ons verstand in eerste instantie niet vaak tekort als we niet alleen zoveel geweld en terreur om ons heen zien maar daarmee ook moeten leven, geachte lezer? Kan het ons niet verbijsteren? Maakt Slob hier niet ergens een punt? Ergens. Je kunt je bij deze prikkelende redenering van Slob afvragen of het kwade inderdaad geen gebrek of vergissing is, of toch juist wel, en wat het kwaad überhaupt op menselijk terrein en in menselijke termen inhoudt en behelst. Daar wil ik een volgende keer op doorgaan. Wel weer aan de hand van datzelfde actuele en concrete menselijk fenomeen: sadisme. Dat weer vergezeld met enige tekstdelen uit Slobs essay. Met louter abstracte beschouwingen over dit onderwerp en levensthema, spitsvondig opgesteld met hoofdzakelijk theoretische of metafysische begrippen, zou weinig zijn gewonnen. De volgende keer zal ik tevens naar voren brengen waarin onder andere Rudolf Steiner een basis zag voor een evidente sadistische en masochistische menselijke inslag.
Tot zover vandaag. Had in dit verband nog vele andere zaken willen aansnijden, maar de tijd tikt door. Dat dus een andere keer. Morgen weer aan de slag in het Japan Museum te Leiden.
The Animals
The House Of The Rising Sun
Opmerkingen
BeantwoordenVerwijderen❶ Vaak herschrijf ik tekstdelen na het plaatsen van een blog of vul ik zaken aan. Stijltechnisch en inhoudelijk. Dat kan qua tijdsperiode enkele dagen beslaan. Soms een hele week duren. Gisteren herschreef ik de elfde alinea van het blog. Die luidt nu als volgt:
"Zijn dat bij beraad echte antwoorden en werkelijke morele impulsen? Nee op zich niet. Nu ja, dat wil zeggen: in ieder geval niet intrinsiek ethische; in feite is het gehalte van dat soort antwoorden en verklaringen en daaruit voortvloeiend gedrag procesmatig bezien eigenlijk voor een deel amoreel van aard, omdat daarmee louter momentele en repeterende impulsen worden beschreven en gevolgd. Beurtelings wordt dan of het één of het ander uitgeleefd. Per saldo kan dat nog wel fatsoenlijk en betamelijk of aanvaardbaar gedrag opleveren voor de leefomgeving. Voor hoe lang hangt echter af van wat iemand heeft meegemaakt en hoe iemand is geconditioneerd en opgevoed en onder welke condities zulke gedragspatronen kunnen blijven doorwerken en van toepassing zijn en blijven in een (leef)wereld die nu eenmaal verandert. Hier gaat het over houdbaarheid; een houdbaarheidsdatum van zedelijk gedrag van gevormde en min of meer welopgevoede en van min of meer gemankeerde mensen en daarover uitgestreken culturele vernislagen."
❷ Deel 6 van dit meerluik zal even op zich laten wachten. Hoe lang weet ik niet. Alle prioriteit ligt nu bij het schrijven van de recensie van Mieke Mosmullers boek Die Anthroposophische Bewegung voor ledentijdschrift Motief (Uitgeverij Occident, 2017).
❸ Schaf aanstaande maandag een ander interessant boek van filosofe Marjan Slob aan: Foute fantasiën - Kleine filosofie van de ontvankelijkheid (Uitgeverij Lemniscaat, 2017). Zal het met interesse lezen.
Is het niet zo dat alle in groepsverband levende dieren, waaronder de mens, moraliteit hebben ontwikkeld om zich als groep (samenleving) te kunnen handhaven. Harari heeft hier in 'Sapiens' en 'Homo Deus' uitvoerig over geschreven. Ook weten we dat onze vrije wil zeer betrekkelijk is. De mens is in mijn ogen niet van nature tot goed of kwaad geneigd maar probeert te overleven in een buitengewoon complexe samenleving. Het kunnen beschikken over een goed ontwikkeld en uitgebalanceerd geweten helpt daarbij enorm. Maar er zijn legio mensen die van een geweten geen last hebben. Zij komen tot andere gedachten, tot andere keuzes en tot ander gedrag.
BeantwoordenVerwijderenEn wanneer macht en machtswellust een rol gaan spelen (Weinstein) wordt het geweten kennelijk ook heel gemakkelijk buiten werking gesteld.
Wie een actief geweten heeft zal er na meer of minder fout gedrag altijd door geplaagd en achtervolgd worden. Maar wie het buiten werking kan stellen, zal er geen hinder van ondervinden.
Hoe het ook zij, je hebt een mooi blog.
Dank voor je interessante en prikkelende reactie, Enno. Dank ook voor je compliment. Fijn om te vernemen. Het boekwerk Homo Deus van Yuval Noah Harari heb ik inmiddels aangeschaft. Zal het met belangstelling lezen.
VerwijderenUpdate misdaadzaak Kim Wall: Puzzelstukjes compleet: zaak tegen Deense uitvinder kan nu écht starten (NOS, 16 januari 2018). Zal berichtgeving over de komende rechtszaak, 8 maart 2018, zeker volgen.
BeantwoordenVerwijderen